In Pescia eten we lekker ijs, vooral de smaken nutella en liquirizia zijn favoriet. Het beste ijs eten we in San Gimignano. Hier, tussen de torens, zit de ijssalon die al tweemaal werd uitgeroepen tot de beste van de wereld. Vin santoijs, gorgonzola ijs met walnoten en rozemarijn-framboosijs. Geweldig!
En eindelijk heb ik de Gambero Rosso en de Osterie d'Italia gekocht. Lekker eten in Italie is niet moeilijk, maar wordt nog makkelijker met deze gidsen. In de Gambero Rosso staan ruim 1800 restaurants, pizzeria's, trattoria's en wijnbarren. De Osterie d'Italia geeft '1700 locali all'insegna dello slow food' (1700 plaatsen die zijn geaccrediteerd door de slow food organisatie).
Het enige waar het niet van komt deze vakantie is de panzanella. Inmiddels begrijp ik wel de gedachte achter deze salade. De Toscanen zijn beroemd om hun ongezouten brood, filone. Het is erg lang houdbaar, omdat het vrij snel uitdroogt en schimmels daardoor geen kans krijgen. Het is daardoor ook praktisch oneetbaar. Om er toch iets lekkers van te maken hebben de Toscanen verschillende recepten bedacht waar het brood in verwerkt wordt, onder andere de panzanella. Mijn eigen variant van Italiaanse broodsalade is eigenlijk niets meer dan een hele simpele caprese +. Supersimpel en in minder dan 10 minuten klaar.
Italiaanse caprese broodsalade
per persoon:
2 a 3 tomaten (met zoveel mogelijk smaak, niet die Nederlandse waterbommetjes)
1 bol (buffel)mozzarella
handje basilicumblaadjes
2 handjes ciabatta in dobbelstenen
1 teentje knoflook
zout
olijfolie
Snijd de tomaten en mozzarella in blokjes en doe ze in een kom. Strooi er wat zout over. Meng de basilicumblaadjes en een scheut olijfolie erdoor. Bak de ciabatta in flink wat olijfolie met een uitgeperst teentje knoflook en meng door de salade. Serveer op een bloedhete zomerdag.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten